Bent u wel eens opmerkingen als meervoudig gebruik of meervoudige bevestiging in de context van ankers tegengekomen, en wist u niet zeker wat dit betekende? In dit artikel gaan we dieper in op wat er met deze termen bedoeld wordt.
In Europa worden de meeste berekeningen van ankers die te maken hebben met statische of quasi-statische belasting uitgevoerd op basis van “ETAG 001 Bijlage C: Ontwerp- en selectiemethoden voor verankeringen”, een publicatie van de European Organisation for Technical Approvals. Beter bekend als ‘Bijlage C’, geeft dit document een kader voor het selecteren en berekenen van verankeringen in beton, en schetst drie anker selectie- en ontwerpmethoden, namelijk methode A, B en C.
Deze selectie- en ontwerpmethoden hebben iets gemeenschappelijks: in iedere methode is het vereist dat de werking van het ontwerp nooit groter is dan de weerstand van het ontwerp (Sd < Rd). Daarnaast is het onmiskenbaar belangrijk voor de betrouwbaarheid van de bevestiging dat ieder individueel anker goed functioneert, los van het feit of de bevestiging uit een of meerdere ankers bestaat.
“ETAG 001 Deel 6: Ankers voor meervoudig gebruik in niet-structurele toepassingen”, een andere publicatie van EOTA, introduceert de term meervoudig gebruik, waarbij er extra eisen aan het ankerontwerp worden gesteld. Het document stelt het volgende: “het ontwerp van de bevestiging moet zo zijn, dat wanneer er een anker te veel uit positie glijdt of een anker het begeeft, de belasting overgedragen kan worden naar omliggende ankers en aan de vereisten voor goed functioneren blijft voldoen.” In de praktijk betekent dit dat iedere bevestiging ten minste één fixeerpunt moet hebben, welke vervolgens moet bestaan uit een groep ankers (bijvoorbeeld 3 of 4 ankers). Als een van de ankers in het fixeerpunt het begeeft, dan moeten de andere ankers in staat zijn om voor dat anker te compenseren en de bevestiging op z’n plaats te houden. Zulke toepassingen worden daarom meervoudig gebruik of meervoudige bevestiging genoemd.
Onderstaande infographic geeft een eenvoudig overzicht van de twee anker ontwerp- en selectie benaderingen.
Producten waar de European Technical Assesment (ETAG 001 Deel 6) op van toepassing is, mogen alleen gebruikt worden als meervoudige bevestiging voor niet structurele toepassingen. Voorbeelden van toepassing met meervoudige bevestiging zijn het verankeren van pijpleidingen, kabelgoten of hangende railsystemen.
De complete definitie van meervoudige bevestiging door de deelnemende landen staat beschreven in Bijlage 1 van ETAG 001 Deel 6. Wanneer er geen landelijke definitie is gegeven, kunnen de volgende waarden gebruikt worden:
Minimaal aantal fixeerpunten | Minimaal aantal ankers per fixeerpunt | Maximale werking van het ontwerp per fixeerpunt |
[n1] | [n2] | [n3] |
3 | 1 | 2.0 kN |
4 | 1 | 3.0 kN |
De maximale werking van het ontwerp per fixeerpunt kan verhoogd worden wanneer er in het anker ontwerp- en selectieproces blijkt dat aan de vereisten voor de sterkte en stijfheid van de bevestiging wordt voldaan nadat één anker het heeft begeven.
Referenties:
Meer weten over onze Heavy Duty Ankers?